Alles over kunst

Boeken  GLEAN NL 7

Boeken: Eliza Pepermans, Hilton Als, Jamaica Kincaid

Els  Roelandt

Praktische info

Eliza Pepermans: Paintings and drawings, tekst Femke Vandenbosch, uitgegeven in eigen beheer, 2024

Jamaica Kincaid, My Favorite Plant. Writers and Gardeners on the Plants They Love, 2024 (nieuwe pocketeditie uitgegeven bij Picador)

Jamaica Kincaid & Kara Walker, An Encyclopedia of Gardening For Colored Children, 2024

Hilton Als, White Girls, 2013

Hilton Als, At Home: Alice Neel in the Queer World, David Zwirner Books, 2024

Eliza Pepermans, Paintings and drawings

Eliza Pepermans: Paintings and drawings, tekst Femke Vandenbosch, uitgegeven in eigen beheer, 2024

Voor wie houdt van de stilte van de dingen is het nieuwe boek van Eliza Pepermans een welgekomen geschenk. Pepermans schildert en tekent stillevens en vanitastaferelen waarin bloemen, vazen, vissen, schalen en bloemen de hoofdrol spelen. Mensen zijn erin afwezig, al duikt regelmatig een min of meer geabstraheerde schedel op. Dik aangezette lijnen zetten de contouren van de voorwerpen uit, zoals op uitnodigende kleurplaten. Pepermans’ werk zit uitdrukkelijk verankerd in de vanitastraditie, een genre dat dan weer geworteld is in de melancholie van de menselijke conditie. De term vanitas omvat niet alleen ijdelheid maar ook de vluchtigheid van alles wat tijdelijk is. Het welbekende genre bloeide op in de Nederlanden aan het begin van de zeventiende eeuw, waar stillevens zich ontwikkelden tot krachtige visuele meditatie over de vergankelijkheid van het leven. Oorspronkelijk ontleenden deze schilderijen hun iconografie aan eenvoudige afbeeldingen van schedels, rottende vruchten, en andere symbolen van de sterfelijkheid, die vaak werden toegevoegd aan de achterzijde van portretten in de late renaissance. Zo ontspon zich op de doeken van de vanitasschilders een stille, maar onmiskenbare boodschap: alles wat onze wereldse ambitie en genietingen voedt, is uiteindelijk onderworpen aan de tijd en de dood. In Vlaanderen kreeg het genre in de negentiende en twintigste eeuw een heel eigen uitdrukkingsvorm en Pepermans’ hedendaagse vanitasschilderijen bevatten daar verwijzingen naar. Zo vind ik haar werk verwant met dat van de Brusselse schilder Jean Brusselmans (1884–1953) of sommige van de latere werken van de in Antwerpen geboren Marthe Donas (1885–1967).

Eliza Pepermans: Paintings and drawings

Pepermans’ composities met wollige, blozende rozen, blauw-wit geruite vazen en hoekige zachtgele zonnebloemen zijn — in tegenstelling tot de oorspronkelijke, traditionele vanitaswerken uit de zeventiende eeuw — zo vriendelijk dat ze de indruk wekken dat al wat tijdelijk mooi is een lichtheid in zich draagt die je al schilderend of tekenend toch kan vatten en bijhouden.

In dit tweede boek van de kunstenaar, Eliza Pepermans: Paintings and drawings, uitgegeven op slechts 400 exemplaren, maakt Pepermans een selectie van haar schilderijen en tekeningen gemaakt tussen 2019 en 2022.

Hilton Als, thuis in een wereld die queer is

Hilton Als, At Home: Alice Neel in the Queer World, David Zwirner Books, 2024

De Amerikaanse Pulitzer Prize-winnaar (2017) en essayist voor The New Yorker, auteur van onder andere het boek White Girls, en publiek intellectueel Hilton Als (1960) maakte vorig jaar in november voor de galerie van David Zwirner in Los Angeles de tentoonstelling At Home. Alice Neel in The Queer World. Als’ essays en zijn denken over kunst zijn steeds hoogstpersoonlijk. Hij verbindt graag oeuvres en kunstenaars met de rommel (‘mess’ noemt Als het) die mensen maken van en in hun dagelijks leven. Als is een schrijver die je wil ontmoeten. Zijn essays lezen als schetsen, intrigerende vertelsels die nooit dwingend of belerend zijn maar uitnodigend en teder.

Een van de eerste essays die ik zelf ooit las van Als is Marigolds. Dit merkwaardig stukje tekst, een vreemde, jazzy schets van Als’ familieleven en relatie met zijn vader, werd opgenomen in de essaybundel My Favorite Plant. Writers and Gardeners and the Plants They Love, samengesteld door de Amerikaanse auteur Jamaica Kincaid (Antigua, 1949) en in 1998 uitgegeven als een bundel waarin essayisten schrijven over hun favoriete bloem. Kincaid is zelf een felle schrijfster over onder andere de invloed van kolonialisme op de manier waarop we naar de natuur kijken, haar gebruiken en onze landschappen en tuinen cultiveren. Vorig jaar publiceerde ze samen met de Amerikaanse kunstenaar Kara Walker een fascinerend prentenboek voor kinderen over planten: An Encyclopedia of Gardening for Colored Children, waarin zij en Walker de koloniale geschiedenis van planten uitleggen aan kinderen en een andere, meer oorspronkelijke betekenis verbonden aan planten en hun gebruik naar boven halen. De illustraties zijn van Walkers hand, pittig.

Hilton Als, At Home: Alice Neel in the Queer World, David Zwirner Books, 2024

White Girls, een van de bekendste essaybundels van Hilton Als, verscheen in 2013. Het is een fascinerende bundel die een misleidende titel meekreeg. Alle essays in dit boek hebben op de een of andere manier te maken met homoseksualiteit. Er worden mensen in beschreven als Truman Capote die zich identificeert als wit meisje, of dat wilde zijn, en muzikant Eminem die door zijn moeder al een wit meisje werd genoemd. Als koos de titel en dit uitgangspunt om te duiden op de vele verschillende manieren waarop ras en geslacht elkaar kruisen en met elkaar spelen. White Girls gaat dus niet over meisjes die wit zijn maar over queerness, over gender en over ras.

Als groeide op in Brooklyn, hij studeerde aan Columbia University in de jaren tachtig van de vorige eeuw. En omdat daar toen nog geen opleiding in African American Studies bestond, koos hij voor de opleiding kunstgeschiedenis: daar kwamen kunstenaars aan bod die wel spraken en nadachten over zwart zijn, én over queer zijn. Als leerde er in die periode het werk van schilder Alice Neel (1900–1984) kennen: een vrouw die mensen schilderde die hij kende, die herkenbaar waren voor hem. Zijn fascinatie voor de New Yorkse schilder zou niet meer verdwijnen. Toch schreef hij tot voor kort nooit over haar. Pas op de expo en in de gelijknamige catalogus At Home. Alice Neel in The Queer World, toont Als ons waarom hij zo van Neel houdt.

Jamaica Kincaid, My Favorite Plant. Writers and Gardeners on the Plants They Love, 2024 (nieuwe pocketeditie uitgegeven bij Picador)

Neel portretteerde in haar New Yorkse appartement een groep van mensen die meestal niet afgebeeld werden: moeders met of zonder hun kinderen, mensen die uit armoede ziek waren, haar buren… maar ook queers. Als gebruikt graag het woord queer, eerder dan homo of lesbienne. Volgens Als is queer een omvattender woord. Het duidt op inclusie van mensen die niet per se gay zijn maar die zich wel inzetten voor die gemeenschap. Queer, zo zegt Als, verwijst niet naar wie wat met wie doet in bed, het is een open concept voor het benoemen van vele mogelijkheden van leven en seksualiteit beleven. Alice Neel zelf was geen lesbienne, maar wel een kracht in die queer wereld, ze was anders. In Als’ manier van denken was Neel queer. Vanuit dit standpunt bouwt Als de expo op met portretten van mensen die in New York leefden — bekend, zoals Metropolitan Museum curator Henry Geldzahler of activiste Kate Millett, of onbekend (Marxist Girl (Irene Peslikis)). Dat gebeurt chronologisch en volgt de visuele evolutie van het werk. Van portretten uit de jaren dertig tot vijftig die tegen een veelal donkere achtergrond zijn geschilderd (Max White, 1935), evolueert Neels werk in de jaren zeventig en tachtig naar een lichtheid waarin ze minder details nodig had om de essentie van de geportretteerden weer te geven en hen simpelweg tegen een witte achtergrond schildert (Bella Abzug, 1976). Deze vormelijke evolutie komt volgens Als overeen met de evolutie van onze houding tegenover queerness: in de jaren dertig tot vijftig verschool wie homo of lesbienne was, of er enigszins mee te maken had, zich ergens in het donker, in de jaren zestig werd het iets rebels en zag queerness het daglicht in die context om vanaf de jaren zeventig en tachtig beleefd te worden als een soort van publiek geheim.

At Home: Alice in the Queer World bevat de allereerste tekst van Als over het werk van Alice Neel. Wat hij schrijft over haar las ik nooit elders: ‘Neels’ portraits of queer thinkers, artists, and beings taught me that (…) what I was looking for — what Alice Neel painted — was the collective uncanny: how, despite the odds, we persisted in being a self no matter how you or the world labeled it.’