Na afloop van ons gesprek, vergezelt Laure Prouvost (geboren in 1978, spreek uit: proevoo) mij door het trappenhuis naar beneden. Als ze geen bommengordel draagt, is ze misschien zwanger, bedenk ik, maar deze gedachte doordringt mij niet genoeg om het taboe op onze lichamelijkheid te doorbreken en luidop te gissen naar haar heilige staat. Waarom vergezelt ze mij? Om zich ervan te vergewissen dat mijn lichaam het gebouw werkelijk verlaat? Of omdat ze een echte, levende mens is, die mijn fysieke uitdrijving wil begeleiden als een vroedvrouw?
‘Vergeef hen, lieve Vader,’ fluisterde Christus, ‘want ze weten niet wat hun linkse lichaam doet.’ Gisteren stuurden jonge mensen mij beelden van de opgeschoonde hof rond het Antwerpse Museum voor Schone Kunsten, waar een pathetisch samenscholend groepje plantaardige hangjongeren e…