Als Kleine Kunstcollectioneur schrijf ik elke dag dit rubriekje, zo lang de corona-quarantaine duurt. Behalve in het weekend: dan pleeg ik er maar eentje. Op naar de komende drie tot vijf weken quarantaine.
Trouwe lezers kennen het principe intussen al: omdat musea en galeries gesloten zijn, kunnen we geen kunst meer kijken. Dus kijken we elke dag naar een ander werkje uit onze eigen Kleine Kunstcollectie. En omdat restaurants ook dicht zijn, moeten we alle dagen zelf eten maken. En laten we u mee genieten van onze goede, oude Vlaamse keuken.
Eergisteren bereidden mijn eega en ik jonge spinazie met ongezouten buikspek. Spinazie! Een heerlijke, eerlijke groente, met liefde goed te wassen en te stoven, met naast de onvermijdelijke snuifjes zout en peper vooral: nootmuskaat! Ongezouten buikspek! Wie eet dat nog? Toen ik er om vroeg bij mijn uitstekende slager moest hij ervoor naar zijn koelruimte, want in de winkel zelf lag het niet.
Gisteren: asperges! We lazen dat ze moeilijk te oogsten zijn, omdat de aspergetelers door de coronacrisis niet aan genoeg werkvolk geraken om ze te steken. Maar toch geraakte ik in de groentewinkel aan zes fraaie exemplaren. Mijn eega schilde ze en – omdat we geen aspergekoker hebben – kookte ze in een grote pot. Het kookvocht gebruikte ze voor de saus: eerst ruim wat echte boter smelten, mengen met een afgestreken eetlepel bloem en aanlengen met het kookvocht, daar wat tijm bijdoen en een goeie portie vers gesneden en verknipte peterselie. Serveer met drie hardgekookte en geplette eieren en aardappelpuree met – jawel – nootmuskaat: smaakte weerom voortreffelijk!
Twee geslaagde kookavonden dus, en daarom presenteer ik niet één, maar twee fraaie werkjes uit onze Kleine Kunstcollectie, allebei van de hand van dezelfde kunstenares, Ruth van Haren Noman. Het eerste is Orange (2008, 40 bij 50 cm) en toont een geabstraheerde boom met planken als takjes: daar liggen 21 sinaasappelen op, dat is tenminste wat ik me er bij voorstelde toen het te koop hing in de galerie. Ik herinner me nog dat er veel volk op de openingsavond was, maar ik trok er al een uurtje vroeger naartoe, als Kleine Kunstcollectioneur kan ik me dat permitteren. Toen ik het zag was ik (en het werk) meteen verkocht. De eigenlijke vernissage was nog maar een kwartiertje open toen een Grote Kunstcollectioneur op me afbeende en quasi-kwaad zei dat ik hem voor was geweest en dat dat niet eerlijk was.
Het tweede werkje heet Kirei (ook 40 bij 50) en is een puur abstract werkje, met kleurige driehoeken en trapeziums. Er zit ook een halve cirkel in en die lijkt op een hoedje, want door de manier waarop Ruth van Haren Noman de vlakken op het doek schikte, lijkt er een menselijke figuur te ontstaan. En zo zie je hoe de discussie over abstractie dan wel figuratie altijd een beetje zinloos is.
Tot morgen.