In een reeks van columns laat Pieter Vermeulen een kritisch licht schijnen op de kunstwereld in tijden van crisis, schommelend tussen optimisme en pessimisme, hoop en angst, humor en bittere ernst.
Like sands through the hourglass, so are the days of our lives. Het is een citaat uit de openingsgeneriek van een bekende Amerikaanse soap: woorden die niet alleen bijzonder melig zijn maar ook uitermate diepzinnig. Ik moet toegeven dat ik een zwak heb voor die (zeldzame) combinatie. Waar Nederlandse ‘zandloper’ zo plomp en onbezield klinkt, droom ik bij het horen van ‘hourglass’ weg naar het antieke meettoestel voor de tijd. Het windt me lichtjes op, te denken aan zijn elegante ontwerp in een oneindige achtvorm, de excessieve wespentaille en het zand dat er muisstil doorheen stroomt. Naast een instrument om de tijd te meten heeft de zandloper in de kunst ook steeds symbool gestaan voor de manier waarop die zo verraderlijk vlug verstrijkt.
Ik staar weemoedig uit het raam ‒ een dankbare bezigheid dezer dagen ‒ en mijmer over hoe vaak ik in de voorbije jaren heb beweerd geen tijd te hebben. Alsof tijd iets is dat je zomaar kan bezitten en naar hartelust kan spenderen. Een meetbare, chronologische kloktijd die zich laat organiseren in agenda’s en laat converteren in cash. Daarom hangt er een zweem van cool rond druk bezig zijn, tot de druk niet meer te houden is. Een volle agenda mag dan de leegte van ons bestaan met efficiëntie en precisie verhullen, zij blijkt niet opgewassen tegen het zinderend verlangen om onze kat te sturen. O, het heimelijke, zondige genot dat we kunnen vinden in het afzeggen van afspraken! De gemiste meetings, de verkwanselde kansen, de heerlijke geneugtes van het ongeleefde leven!
Het is ook de lifestylebladen niet ontgaan, die er alvast hun vakterm hebben opgeplakt: the joy of missing out, kortweg jomo. Het is de keerzijde van de fomo waar de jonge generatie zo aan zou te lijden hebben. Jomo: de pleister op de wonde, de vertroosting voor de crisis. Maar wie plezier kan vinden in het missen van dingen, die geniet vooral een zeker privilege. Jomo is een ander woord voor de discrete charme van de bourgeoisie. Daarom zijn de new age praatjes rond spirituele herbronning en innerlijke groei ook zo’n boomer bullshit. Meer eudaimonisme ‒ een focus op persoonlijk levensgeluk ‒ hebben we nu niet nodig, wel een structurele omwenteling op politiek en maatschappelijk vlak.
Ik weet het, ik wind me te veel op. Was ik maar niet begonnen met die verdomde zandloper. Want die haalt steeds zijn gelijk natuurlijk. De tijd zal voorbij blijven vliegen, en de dagen van ons leven zullen als zand door onze vingers glijden. En toch is er zoiets als het juiste moment. Daarom gaven de oude Grieken de tijd naast Chronos ook de naam Kairos: het kritisch ogenblik waarop alles even mogelijk is, vooraleer de zandloper weer wordt omgedraaid.