Alles over kunst

Expo

Spelen met vergeten verhalen

Nikolay Karabinovych in het Joodse Museum
Marte  Van Hassel

Praktische info

Nikolay Karabinovych, Why do you stand at the door?, van 17 juni tot 23 oktober, Joods Museum van België, Brussel, www.mjb-jmb.org

In Why do you stand at the door? gaan kunstenaar Nikolay Karabinovych en curator Patricia Couvet in dialoog met archiefdocumenten en objecten uit de collectie van het Joodse Museum van België. In twee kleine zalen werpen ze een alternatieve blik op het Joodse erfgoed.

In zijn werk onderzoekt de Oekraïense Nikolay Karabinovych zijn Joodse, Griekse en Oekraïense wortels in verschillende media, zoals geluid, video en tekst. Persoonlijke verhalen koppelt hij aan collectieve geschiedenissen door historische documenten, objecten en muziek in zijn werk te verweven. Die benadering van cultureel erfgoed is ook deel van het onderzoek van de Franse curator Patricia Couvet. Ze is geïnteresseerd in hoe kunstenaars een nieuw perspectief kunnen bieden op wat vandaag gezien wordt als cultureel erfgoed, en dit ten voordele van een meer dekoloniale, lokale en genderbewuste benadering van het verleden.

De expo plaatst de geschiedenis van Joodse ontheemding buiten de voor de hand liggende geografische of historische contexten, zoals de grote verhalen verbonden aan de verdrijving uit Spanje, Palestina, of de Tweede Wereldoorlog, en vertelt haar vanuit minder bekende perspectieven. Zo werkte de kunstenaar in de eerste zaal met vrouwelijke dichters uit de periode 1920-1930 die hij vond in de bibliotheek van het museum. Achter drie oude flipperkasten plakte de kunstenaar fragmenten uit hun Jidische poëzie. In de gedichten spreken de vrouwen over ontheemding en gedwongen migratie die al plaatsvond voor de Tweede Wereldoorlog. Jidisch fungeert er als diasporataal die de ontheemden op verschillende plekken verbindt, maar die zich tegelijk ook versnippert over de wereld. De stempels van bibliotheken over heel de wereld in de poëziebundels in de vitrinekasten zijn sporen van die verbrokkelde geschiedenis. De neonletters op één van de muren – ‘Let my people go,’ in het Jidisch geschreven – vertelt dan weer hoe ver die geschiedenis al teruggaat: de zin verwijst naar het moment waarop Mozes in het Oude Testament de farao in Egypte beveelt om de Joodse slaven vrij te laten.

Karabinovych zoemt in op minder bekende details en anekdotes. De tentoonstelling zit vol met referenties en metaforen die ik als bezoeker zonder een gelijkaardige achtergrond soms moeilijk kan ontcijferen en verbinden. De soms slordige en slecht vertaalde zaaltekst van de curator slaagt er daarbij niet altijd in om de complexiteit van het werk helder uiteen te zetten. De vele referenties zijn vaak heel persoonlijk of gebonden aan een specifieke geografische of culturele context. Zo komt de titel van de tentoonstelling ‘Why do you stand at the door’ uit een Jidisch volkslied die de angst uitdrukt voor het vertrek van de ander. Het is een referentie naar een verleden van gedwongen migratie. Maar tegelijk verwijst de kunstenaar ermee ook naar de specifieke context van de expo: naar de angst die het Joodse Museum zelf met de deur verbindt na de aanslagen in 2014.

Dat de kunstenaar ook over zijn eigen versnipperde geschiedenis vertelt aan de hand van de documenten die hij in de collectie vond, maakt de tweede zaal zichtbaar. Die focust zich op de Joodse verbanning in Oekraïne en Rusland, iets dat vandaag ook snel andere associaties oproept. Een ingekaderde affiche van een conferentie over Soviet Joden in gevangenschap uit 1985 komt in deze hedendaagse context met de Russisch-Oekraïnse Oorlog weer heel dichtbij. Aan een andere muur hangt een waterverfschilderij van een trein van Ossip Siniaver (1899-1975), geboren in de straat in Odessa waar ook Karabynovich woonde, en die net als de kunstenaar naar België migreerde om er in Gent te gaan studeren aan de Academie voor Schone Kunsten in Gent (vandaag HISK).

Interessant is dat de kunstenaar zo ook zichzelf binnen die geschiedenis en het museum positioneert, en verschillende tijden, mensen en plaatsen in Europa met elkaar verbindt. In de video Even Further (2020) gaat de kunstenaar dan ook op zoek naar een plek die die drie opnieuw samenbrengt. Op de achtergrond hoor je muziek die dateert uit de vroege twintigste eeuw. De melodie kent de kunstenaar zowel uit zijn Griekse als Joodse achtergrond, waarin ze elk een andere betekenis heeft. In de video rijdt een bus toeristen door het vlakke landschap van de Kuyalnitsky-riviermonding aan de rand van Odessa. In de grotten van het landschap schuilden Joodse burgers, waaronder de grootmoeder van de kunstenaar, tijdens de Tweede Wereldoorlog. Als bestemming staat op de vooruit van de bus ‘Even Further’. Karabynovich alludeert daarmee enerzijds op de bus ‘Even Furthur’ van de Engelse cultband Psychic TV. Maar de titel verwijst ook naar een reis naar een onbestaande plek waar ontheemde mensen elkaar ontmoeten. Daar kunnen ze als toeristen naartoe reizen om hun gedeeld trauma en dat van hun voorouders opnieuw te bezoeken en contempleren. Wat kan zo’n plek zijn, vraagt de reisgids zich af in de video, terwijl ze een tekst van Karabynovich voor een groep toeristen voordraagt. Is er een kader voor nodig, een podium, maakt het uit wie er het verhaal vertelt?

Een van de laatste zinnen van de video is geïnspireerd op Walter Benjamin: ‘There is no more real memory, only fiction is possible.’ Die zin lijkt te reflecteren wat ook de rest van de tentoonstelling probeert te vertellen: dat er niet één hegemonisch narratief bestaat, noch de mogelijkheid om één verhaal te vertellen over de Joodse verbanning. Karabynovich toont ons dat elke interventie met cultureel erfgoed haar eigen specifieke verhaal beschrijft. De tentoonstelling voelt als een kleine oefening die musea meer zouden moeten doen: een kunstenaar vrij spel geven om een nieuwe blik op haar archief te werpen.

In de twee kleine zalen proberen Karabinovych en Couvet een alternatieve blik op het Joodse erfgoed te werpen. Die blik toont de geschiedenis van Joodse migratie en verbanning als een versnipperd verhaal doorheen tijd en ruimte, verbonden aan de persoonlijke achtergrond van de kunstenaar zelf. Toch blijf ik op het einde van de twee zalen met een honger naar meer van die blik. Door het spel met het archief van het museum vertelt Karabinovych zijn eigen verhaal, maar de twee zalen zijn net te beknopt om me er voldoende in mee te slepen. Een kleine troost is dan misschien een bezoek aan de vaste collectie op de eerste verdieping van het museum, wetende dat er tussen elk tentoongesteld object ook heel wat andere verbonden, gesitueerde, vergeten of onvertelde verhalen huizen.

Nikolay Karabinovych, tentoonstellingsoverzicht Why do you stand at the door? in Joodse Museum van België, foto Isabelle Arthuis
Nikolay Karabinovych, Even Further, 2020, video, 6’22”, courtesy de kunstenaar, foto Isabelle Arthuis
Nikolay Karabinovych, tentoonstellingsoverzicht Why do you stand at the door? in Joodse Museum van België, foto Isabelle Arthuis
Nikolay Karabinovych, Even Further, 2020, video, 6’22”, courtesy de kunstenaar, foto Isabelle Arthuis
National Conference of Soviet Jewry, Affiche met De gevangenisbinnenplaats van Vincent Van Gogh, uitgegeven door de National Conference of Soviet Jewry, c. 1985, lithografie op papier, 88,3 x 66 cm, foto Isabelle Arthuis
Nikolay Karabinovych, machine poétique cassée numéro 2364A, 2022, installatie met arcadekast, 50 x 104 x 68 cm, courtesy de kunstenaar, foto Isabelle Arthuis
Nikolay Karabinovych, Tableau numéro 3535A, 2022, archiefboeken, 51 x 101 x 4 cm, courtesy de kunstenaar, foto Isabelle Arthuis