Al voor de derde keer nodigen Stella Lohaus en Ulrike Lindmayr een verse generatie Belgische kunstenaars uit voor de tentoonstelling NowBelgiumNow. ‘Deze titel werd in 2011 gekozen omdat de kunstscène toen al – nog vóór de overwinning en de meerderheid van de N-VA in de Vlaamse politiek – zag hoe zelden kunstenaars uit Vlaanderen en Wallonië elkaar nog ontmoetten in gemeenschappelijke tentoonstellingen. En verder, omdat in tegenstelling tot politieke besluiten en staatshervormingen, het begrip ‘Belgische kunst’ een concreet, duidelijk en kwaliteitsvol gegeven blijft.’ Dit citaat over de titel vat ook een deel van het concept goed samen: om de vijf jaar brengt het project een bescheiden stand van zaken, een blik op de nieuwe generatie en urgenties.
Voor elke editie bezoeken Lohaus en Lindmayr ongeveer zeventig verschillende kunstenaars in hun atelier of werkruimte. Er is geen open call en er wordt niet met portfolio’s of conceptvoorstellen gewerkt. De twee curatoren maken zelfs geen notities: alles zit in hun hoofd. De kunstenaars die het meest blijven hangen, in hun ogen het krachtigste werk maken of de sterkste ideeën hebben, worden uitgenodigd in een groepstentoonstelling. Het aantal deelnemers kan dan ook variëren: in deze editie zijn het er negen. Elke kunstenaar krijgt in principe carte blanche: om één van de drie locaties te kiezen én om nieuw werk te maken. Het engagement om beginnende kunstenaars dit vertrouwen te schenken komt vanuit LLS Paleis, de non-profit kunstruimte die Stella Lohaus van Ulrike Lindmayr overnam (onder haar leiding nog LLS 387). Een belangrijke focus ligt bij het betrekken van ook Waalse en Duitstalige kunstenaars, die algemeen vaak over het hoofd gezien worden in Vlaamse tentoonstellingen (die vaststelling bij de eerste editie in 2011 is helaas nog steeds geldig).
LLS Paleis
Op de vanzelfsprekende ‘eerste’ locatie neemt de installatie van duo Lisa Egio en Elliot Kervyn de hele voorste ruimte (en dus ook de vitrine) in beslag. Het is een visueel boeiende combinatie van hun gezamenlijk aardewerklabel Frizbee Ceramics, fotografie, sculptuur en installatie – een ontmoeting op de grens tussen design en beeldende kunst, zou je kunnen zeggen, maar bij deze kunstenaars vervaagt die volledig. Hun foto’s die de verwachting van bewegende beelden scheppen, hun keramische waterparcours dat gebruikte kopjes draagt, hun misleidende krukjes in piepschuim en hun gratis zakjes popcorn: alles in de installatie evoceert een kapitalistische productiecyclus, waar de kunstenaar uiteraard deel van uitmaken, maar waar ze niet kritiekloos naar kijken.
Voormalige galerieruimte Stella Lohaus
Aan de Vlaamse kaai ligt de voormalige galerieruimte van Stella Lohaus. Na haar afscheid van het galeriewezen, vond Trampoline Gallery er enkele jaren zijn thuis. Die setting koos de Franse, in Brussel wonende Coraline Guilbeau voor haar performatieve installatie. Extérieur. Été. is extreem eenvoudig, maar ook filmisch, melancholisch, betoverend en bevreemdend. In de subtiel aangepaste setting van de keuken – het servies en de bloemen in de wasbak horen bij de installatie – staat de kunstenaar. De kijker kan een hoofdtelefoon opzetten, waar haar gefluisterde verhaal geïntensifieerd te horen is. Er ontstaat een intieme (ook wel wat gênante) één-op-één relatie, waarin de kunstenaar spreekt en de kijker luistert naar een triviaal en toch mysterieus relaas dat onderhuids een kernvraag van Guilbeau’s oeuvre stelt: kunnen we de schijnbare werkelijkheid vertrouwen?
L.A.P.
Life Art Project of kortweg L.A.P. is een nieuwe projectruimte in Antwerpen Noord, vorige zomer ingericht door Joost Vyncke. De ruimte biedt veel mogelijkheden, onder meer dankzij de open kelder, met doorkijk naar de gelijkvloerse verdieping, die baadt in het natuurlijk licht. Het is ook de plek waar zich onder meer het wonderlijke verhaal van Pierre Coric en zijn zeilschip zich ontvouwt in een fascinerende installatie. Met behulp van een foto, een rots en het effectieve zeil vertelt de Luikse kunstenaar, in samenwerking met Garance Picard, hoe zij in principe (als performance?) van Amsterdam naar Antwerpen zouden zeilen, maar in de haven van Antwerpen een rots raakten. Plotseling wordt niet de zeiltocht, maar de rots de focus van het werk. It was probably not this one, but it might have been is een licht absurde, maar ook poëtische queeste naar de wellicht onvindbare ‘schuldige’. Het zou een komische homage aan Bas Jan Ader kunnen zijn, maar bovenal is het ook een ode aan de banaliteit van het leven; aan de kleine struikelmomenten die soms onze richting bepalen.
Wat opvalt aan deze editie van NowBelgiumNow is dat er geen duidelijke trends zijn, geen evidente gelijkenissen tussen de gekozen oeuvres. Ik koos uit elk van de drie locaties één kunstenaar om uit te lichten, maar alle deelnemers staan, vooral voor hun jonge leeftijd, ongezien stevig in hun schoenen. Ze stralen één voor één een zelfverzekerde maar ook zelfkritische maturiteit uit. Kunst lijkt een evidentie, zelfs een urgentie in hun leven – er is geen onderscheid tussen wie ze zijn en wat ze maken. Dat blijkt ook uit de werken van Hannah Kalaora, die als jonge moeder een kunstcarrière en het ouderschap laat versmelten; van Sietske Van Aerde, die zichzelf portretteert in psychedelische droomsituaties; of van Chris Hoeben, die zijn atelier naar de toonruimte meebrengt en er een continue Werk in opbouw maakt. Lohaus en Lindmayr nodigen hen uit om ‘uit te pakken’, om zichzelf te durven tonen en dat doen ze ook – in hun authentieke zelf als kunstenaar en als mens.