Alles over kunst

Interview

Expo

STRT KIT #5: Lola Daels

Pieter  Vermeulen

Praktische info

STRT KIT #5: Objects vs. Things, samengesteld door Fadwa Naamna. Van 14 september tot 6 oktober 2019 in Kunsthal Extra City - Antwerpen-Berchem, Eikelstraat 25-31, Antwerpen. extracitykunsthal.orgaair.be

In de aanloop naar de groepstentoonstelling ‘Objects vs. Things’ in Extra City Antwerpen (14.09 - 06.10.2019, curator: Fadwa Naamna) stellen we de vijf deelnemers van STRT KIT #5 aan u voor. Lola Daels bijt de spits af.

Lola Daels: “Ik studeerde schilderkunst aan Sint-Lukas Brussel maar sinds mijn master ben ik afgestapt van het schilderen. Aan Sint-Lukas Brussel ben ik steeds meer op straat gaan werken omdat de betekenis van je kunstwerk volledig verandert als je het in een publieke context toont. Ik hou me momenteel vooral bezig met het maken van sculpturen en installaties, en daarnaast teken ik ook veel. Sinds enkele jaren werk ik samen met mijn partner, Sebastiaan Willemen onder de noemer Chépas Collective.”

Pieter Vermeulen: Wat verandert er voor jou in de publieke ruimte?
LD: “Het werk gaat een totaal andere relatie aan dan in een witte ruimte, waar de tijd altijd ergens stilstaat. In een publieke ruimte leg je net relaties met de context en ga je een dialoog aan met toevallige passanten, buurtbewoners, etc. Zo werd ik geforceerd om veel dieper na te denken over mijn werk en niet iets tijdelijks of goedkoops te maken. Ik wil vermijden dat het direct vernield zou worden, want dat zou de publieke ruimte in Brussel nog meer vervuilen. Het daagt je uit om veel architecturaler te gaan nadenken.”
“Deze zomer doen we bijvoorbeeld mee met Periferia Festival in de rand van Brussel. Het is een festival tussen kunst en architectuur in, dat elke twee jaar plaatsvindt. Aan galerietentoonstellingen doen we niet zo snel mee. Dit jaar vindt het festival plaats in Drogenbos, naast de elektriciteitscentrale. Aangezien we altijd installaties in situ maken, zijn we er gaan rondlopen en ervoor gekozen om de elektriciteitscentrale als uitgangspunt te nemen. We zijn al een tijdje met Elia [de elektriciteitsdistributeur, pv] aan het bekijken hoe het elektriciteitsnetwerk in Brussel ondergronds loopt. In de stad is dat ondergronds, buiten de stad gebeurt dat bovengronds met pylonen. Dat is op zich al interessant. In de stad is het iets dat verstopt is, omdat het ook gevaarlijk is. Op knooppunten van verschillende elektriciteitsleidingen is het voltage veel hoger. Wij zijn gaan onderzoeken of je dat effectief kunt merken: kan je de elektriciteit horen, voelen, zien? We hebben een wandelroute uitgestippeld die aan het Noordstation begint en tot aan de centrale in Drogenbos loopt, zo’n vijftien kilometer. De wandeling wordt ingehuldigd tijdens het festival, op een elektrische step. Op het festival zullen we vier dagen een informatiepunt open houden waar je je informatiepakketje kan komen halen, met stadskaart en een sleutelhanger van een pyloon. Onze route heet R.E.E. (Route Electricité Extraordinaire).”

PV: Chépas Collective werkt dus erg contextgebonden?
LD: “Onze projecten liggen altijd ergens tussen architectuur, kunst en sociale projecten. Vorig jaar zijn we samen zes maanden op residentie geweest in Marokko. Daar hebben we een fontein gemaakt vanuit de vaststelling dat de hele stad Marrakech in teken staat van de toerist. De zwembaden in de stad zijn niet toegankelijk voor de lokale bevolking – in de hele stad zijn er misschien drie publieke zwembaden. In de zomer is het er bovendien bloedheet. We wilden een zwemruimte creëren die ook toegankelijk is voor de lokale bevolking. We hebben uiteindelijk gekozen voor een fontein omdat het een belangrijk symbool geweest is in de hele kunst- en cultuurgeschiedenis. De fontein werd aangedreven door een fiets die ernaast stond. Vooral de kinderen waren wild enthousiast (lacht).”

PV: Hoe zou je je eigen kunstpraktijk omschrijven?
LD: “In mijn eigen werk vertrek ik meestal vanuit objecten die ik vind. Ik ben altijd een belachelijk grote verzamelaar geweest, tot frustratie van iedereen rondom mij (lacht). Sinds een paar jaar probeer ik dat te omarmen en in te zetten als medium. Ik probeer telkens een verhaal te ontbolsteren achter het gevonden object, dat vaak te maken heeft met de context waarin ik het gevonden heb. Soms is het feitelijk, soms fictief.”

PV: Verzamelen klinkt eerder als een doelbewuste activiteit – er is een verschil tussen verzamelen en vergaren of hoarden. Welke rol speelt dat verzamelen in je werk ?
LD: “Voor mij is het in de eerste plaats een drang om mooie dingen bij te houden. Maar dat is niet doelbewust. Het gaat eerder om het vinden van iets dat me inspireert en intrigeert. Dan ga ik die objecten transformeren, decontextualiseren of assembleren met andere objecten, om het verhaal erachter bloot te leggen. In Brussel waren dat eerder typisch stedelijke elementen als een stuk trottoir of een deur, maar door de residenties van de voorbije jaren – in Marokko, Parijs en Iran – en mijn huidige verblijf in Antwerpen zijn dat verschillende voorwerpen geworden door de verandering van context.”

PV: Waar ben je momenteel mee bezig?*
LD: “Waar ik nu mee bezig ben gaat eerder over politieke crisissen. Ik ben gaan werken rond het idee van disneyficatie, het idee dat bepaalde plaatsen fake worden. Wat maakt iets echt en authentiek is, of net fake? In Extra City wil ik een soort van woestijn of zandbak creëren waarin allerlei zandkastelen staan van de Notre-Dame in Parijs. Ik heb daarvoor een moule laten 3D-printen. De brand van de Notre-Dame was natuurlijk erg tragisch. ‘La Cité internationale des arts’, waar ik in residentie was, lag er vlak naast. Maar het nieuws dat het gewoon heropgebouwd zou worden vond ik nog pijnlijker. Wat ooit zo’n historisch waardevolle plek was, wordt nu gewoon een replica. Dat vond ik hallucinant. Het feit dat er op heel korte tijd al drie miljard euro voor ingezameld werd, terwijl er ‘s avonds honderden migranten op straat slapen vond ik nog hallucinanter. Ik vind het altijd moeilijk om me als mens – en als kunstenaar – te positioneren en af te vragen op wie ik kritiek mag geven. De politiek geladen boodschap zal er altijd wel zijn in mijn werk maar ik zal dat nooit kritisch brengen. Mijn werk zal nooit donker zijn, maar eerder bestaan uit zandkastelen of dingen die licht, kinderlijk en soms zelfs naïef lijken, terwijl ze wel gaan over grotere verhalen.”

PV: Kan je zo nog een voorbeeld geven?
LD: “In Iran heb ik een werk gemaakt over de verwoestijning. Het is een land waar al tal van rivieren en meren uitgedroogd zijn ten gevolge van de klimaatverandering, wat ook migratie met zich meebrengt. Dat is iets wat mij enorm hard gechoqueerd heeft. Het Namak-meer in Iran is een zoutmeer. Als je daar foto’s van ziet, lijkt het wel een ijspiste. Voor de tentoonstelling in Extra City heb ik zandlopers gevonden die dienen als ashangers. Mensen gebruiken het als souvenir om de assen van hun overleden naasten te bewaren. Dat is een creepy idee, maar het intrigeerde me wel. Ik heb een grote zak zout van het Namak-meer meegenomen, en ik wil die zandlopers daarmee vullen. In Extra City zou ik een kleine, lelijke souvenirshop willen creëren waarin die zandlopers verkocht worden.”

Lola Daels (c) Charlie De Keersmaecker
(c) Lola Daels
(c) Lola Daels
(c) Lola Daels