Twee tentoonstellingen op Nieuw-Zuid, in Gallery Sofie Van de Velde en Plus-One Gallery, van respectievelijk Willy De Sauter en Nicholas William Johnson. De perfecte afstand en They Regard Us As We Regard Them zijn twee dermate verschillende kijkervaringen dat er toch een zekere congruentie in zit: de afstand en de manier waarop je kijkt.
Willy De Sauter (82 intussen, maar dat is hem niet aan te zien) is een beetje een einzelgänger in de Belgische beeldende kunstscene, met heel eigen, herkenbaar werk dat als minimalistisch kan omschreven worden, maar ook heel reflectief is. Essentieel komt zijn werk neer op een spel van lijnen, vlakken en dimensies, waarbij je als kijker de werken zowel van dichtbij als van veraf moet bekijken.
De Sauter werkt met een mengeling van beenderlijm en krijt, die hij aanbrengt op panelen, vaak van verschillende dikte, zodat de werken naast elkaar een driedimensionaal reliëf vormen. Overigens maakt hij ook sculpturen: hermetische kasten, die geen kant uit willen. Vaak voegt hij aan het krijt een pigment toe, waardoor er ook kleur in zijn werk opduikt, dat voor de rest vooral wit is. Er zijn ook zijn werken op papier, met witte en gekleurde vlakken, diagonaal, horizontaal of verticaal verdeeld, die hij in 1985 toonde in het Museum voor Schone Kunsten Gent.
In de Antwerpse Gallery Sofie Van de Velde loopt nu een tentoonstelling van hem, met oud en nieuw werk – het lijkt wel een mini-retrospectieve – die De perfecte afstand heet. En afstand is een essentieel element in het kijken naar het werk. Het vergt een inspanning, maar snel strijken rust, reflectie en transcendentie over je heen. Zoals Antony Hudek, momenteel artistiek directeur in het Museum Dhondt-Dhaenens in Deurle, het in de zaaltekst beschrijft: ‘De perfecte afstand is nooit statisch, maar hangt af van variabelen zoals licht, waarneming en aandacht. De Sauters werken zijn daardoor een constant evenwichtsspel tussen te ver en te dichtbij. Als er sprake is van waarneming, dan is die vluchtig. Zodra die gevoeld wordt, is ze verdwenen; het is eerder een doel dan een staat van zijn.’
Deze expo vaut un détour, ook al omdat in het belendende pand op Nieuw-Zuid, dat van Plus-One Gallery, een andere mooie tentoonstelling loopt: de tweede solo van de Amerikaanse kunstenaar Nicholas William Johnson (1982). They Regard Us As We Regard Them heet ze, met als ondertitel A Pure and Rigorous Aesthetic. En dat klopt als een bus: Johnson toont sterk esthetiserend werk met figuratieve bloemen- en plantenmotieven, die net iets te kunstmatig zijn om ‘echt’ te lijken. En daar zit de angel: Johnsons speelt met digitale motieven, DNA-codes en andere helixen om een wereld te creëren waarin de flora zich opstelt als de evenknie van de mens en zichzelf ontwikkelt om te overleven in ‘nested systems’: planten – ook bomen – praten met elkaar, zoals we sinds het boek ‘Het verborgen leven van bomen’ van Peter Wohlleben weten.
Willy De Sauter en Nicholas William Johnson: het zijn twee dermate verschillende kijkervaringen dat er toch een zekere congruentie in zit: de afstand en de manier waarop je kijkt. Maar dat besef je pas als je de galerie verlaat en het Nieuw-Zuid doorloopt, waar elke vorm van warme lijnenstructuur en flora-chaos vooralsnog ontbreken.